De Nebbiolo druif is een veel verbouwde en historische druif in Piemonte. De druif wordt al beschreven in een tekst van Columella uit de eerste eeuw na Christus als ‘nibiol’. In 1268 beschrijft de Bolognese Pier de’Crescenza bij zijn reizen de wijde verspreiding van deze druif in Piemonte. Er wordt gezegd dat de druif aan de naam Nebbiolo (nebbia = mist) komt omdat de druif vrij laat, tijdens de eerste herfstmist, wordt geoogst.
In het Langhe gebied is de Nebbiolo vooral bekend als de druif van de Barolo’s en Barbaresco’s. In het gebied rond Vercelli wordt de Nebbiolo druif ook verbouwd, daar noemt men het Spanna en vormt de druif de basis voor de Gattinara en Il Ghemme wijnen. In de Val d’Aosta noemt men de druif Picutener of Picotendre en vindt men het in twee wijnen, de l’Arnad Monjovet en il Donnez. Tegen de Zwitserse grens wordt de Nebbiolo druif ook verbouwd en wordt daar Chiavennasca genoemd en vormt de basis voor de Valtellina wijnen.
Maar de Nebbiolo is vooral bekend vanwege de lichte en elegante Barbaresco en de krachtige en geconcentreerde Barolo, de koningin en koning van de Italiaanse rode wijnen. De Barbaresco wordt in slechts 4 gemeenten rond het plaatsje Barbaresco in de heuvels aan de rivier de Tanaro verbouwd. De Barbaresco wordt voor de titel ‘Superiore’ minstens twee jaar opgeslagen, waarvan één in eiken vaten, en minstens vier jaar voor een ‘Riserva’. Het Barolo gebied beslaat 11 gemeenten rondom het plaatsje La Morra en moet minstens 13% alcohol bevatten. De Barolo wordt minstens drie jaar opgeslagen, waarvan minstens twee jaar in vaten van eiken- of kastanjehout. Beide wijnen worden in grote wijnglazen geserveerd bij een temperatuur van 18-20°C. Bij het toeristenbureau van het plaatsje La Morra is een rondwandeling door het Barolo gebied beschikbaar.
De Nebbiolo wijn wordt ook jonger gedronken en niet in eiken vaten opgeslagen, waardoor deze ook beter betaalbaar is. Desondanks kan het een hoogstaande wijn opleveren, met een donkere kleur stevige smaak en een intense parfum, maar ook met behoorlijk veel tannines. De wijn kan het best bij 18°C gedronken worden.